7 oktober 2012

7 oktober 2012

Niet als vliegje geboren.

Afgelopen dagen heb je kunnen merken dat de zomer echt voorbij is. Hoewel de temperatuur nog meevalt voel je aan van alles dat het herfst is. Het aparte lage licht in combinatie met de geleidelijk verkleurende bladeren en het feit dat het in huis langzaam kil begint te worden geven je toch een heel ander gevoel dan een maand geleden. De eerste dorre platanenbladeren in mijn tuin, die ritselen onder mijn schoenen, doen hier nog een schepje bovenop.

Wat ook onlosmakelijk met de herfst verbonden is zijn ‘herfstdraden’, je weet wel, van die bijna onzichtbare draden die je in je gezicht voelt als je ’s morgens door je tuin loopt. Het zijn de kleine meesterwerkjes van spinnen, meestal de kruisspin.

Vlak achter het kamerraam heeft een kruisspin zojuist een web geweven. Je vraagt je af hoe het mogelijk is dat zo’n klein beestje zo’n web maakt met aanknopingspunten vaak meters uit elkaar. Als je tijd en geduld hebt moet je eens op zoek gaan naar een spin die hier net mee bezig is. Het gaat in een ongelooflijk tempo en met een precisie die je niet voor mogelijk houdt. En hoe weet hij nou waar hij de grootste kans van slagen heeft, waar geregeld muggen en vliegen voorbij komen? Spinnendraad wordt trouwens niet alleen gebruikt om webben van te maken. Mannetjes gebruiken het om er hun zaad mee aan het vrouwtje te bezorgen en vrouwtjes maken er op hun beurt een nestje van om er de eitjes in te leggen. De draad wordt ook nog eens gebruikt om nieuwe gebieden te ‘ontdekken’. Jonge spinnetjes kruipen namelijk zo ver mogelijk omhoog in een boom en produceren vervolgens een lange spinnendraad die ze laten waaien in de wind. Vervolgens worden ze zo, met draad en al, meegevoerd met de wind, vaak kilometers ver!

Iedereen kent deze kruisspin wel maar bijna niemand weet hoe hij eigenlijk aan het kruis op zijn rug komt.
De legende gaat ver terug. Een hete vrijdagmiddag, even buiten Jeruzalem. Op de grond dobbelen soldaten om de bezittingen van een ter dood veroordeelde aan een kruis. Tientallen vliegen kruipen over zijn gezicht en doen zich tegoed aan het bloed dat vanonder de doornenkroon naar beneden sijpelt. Een spin ziet dit vanuit het struikgewas op de grond en kan dit op een gegeven moment niet langer aanzien. Hij kruipt omhoog en weeft een ragfijn web om het hoofd waardoor dit een lichtgrijze waas krijgt. De vliegen kunnen er niet meer bij. Als de spin naar beneden kruipt en even omhoog kijkt ziet hij dat de veroordeelde duidelijk opgelucht is. De zon schijnt fel en op een gegeven moment valt de schaduw van het kruis precies op de rug van de spin. Als hij weer terug komt bij zijn web ziet hij dat de afbeelding nog steeds op zijn rug staat. Toen wist de spin dat hij een wel heel bijzonder iemand geholpen had.

 

Al jaren proberen wetenschappers het mysterie van spinnendraad te ontrafelen. Spinnendraad is naar gewicht vijf keer sterker dan staal. Er komen geen schadelijke stoffen vrij bij de productie hetgeen bij kunstmatige vezels wél het geval is. Ook is het volledig biologisch afbreekbaar. Het zou een ideaal toekomstig materiaal zijn in de industrie. Hoewel spinnendraden slechts bestaan uit eiwitten en water is het met de huidige technologie nog niet gelukt om de draden kunstmatig te maken. Het zou natuurlijk mooi zijn als we de samenstelling van de draad, het resultaat van miljoenen jaren evolutie, zouden kunnen achterhalen. Hoewel er wel vorderingen gemaakt worden op dit gebied is het nog lang niet zover.

 

Terwijl ik aan het kijken ben naar het zojuist gesponnen web vliegt er een klein vliegje in. Hij probeert nog los te komen maar eenmaal in een web beland is er geen ontkomen aan. Door de trillingen weet de spin dat hij beet heeft en flitst hij naar zijn prooi. In een paar seconden is het vliegje ‘ingepakt’ en wordt hij vervolgens gebeten waarbij hij een dodelijke hoeveelheid gif krijgt toegediend. Daarna spuit de spin een soort oplosmiddel in het vliegje waardoor de hele inhoud vloeibaar wordt en hij hem helemaal, als een soort soepje, kan opslurpen. Terwijl ik dit wil fotograferen raak ik per ongeluk een van de draden aan. De spin voelt onraad en maakt zich uit de voeten. Als ik vijf minuten later terugkom zit hij toch weer aan zijn ontbijtdis. Maar hij blijft op zijn hoede want hij staat weer op de menukaart van allerhande vogels.

Mooi hè, hoe de hele natuur in elkaar zit. Maar als ik erbij stil sta ben ik toch blij dat ik niet als vliegje geboren ben.

     
Foto midden en rechts: het vliegje had geen kans.

Triest bericht
Begin mei kocht ik een haantje van hetzelfde ras als mijn kippetjes, de Welsumer kriel. Biloute, de haan die ik op dat moment had, verhuisde naar Harry en Maria waar hij het meteen naar zijn zin had. Samen met nog een hele groep kippen had hij een grote ren en wei ter beschikking. Biloute was al oud, dat zag je aan alles. Op een moment dat hij even niet goed oplette, is hij de prooi geworden van een grote bruine roofvogel, waarschijnlijk een buizerd. Hiervan is bekend dat ze wel een kippetje lusten. Toen Harry op een gegeven moment bij de ren kwam zag hij hem weg vliegen maar voor Biloute was het al te laat.

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE