4 november 2012

Boomkriebels

Een paar weken geleden viel een envelop van Natuurmonumenten in de bus. Ik ben al 25 jaar lid van Natuurmonumenten en ik kreeg hiervoor een boom cadeau. Althans, er wordt een boom voor mij geplant in het natuurgebied Ramenberg bij Hoenderloo, op 10 november.

Altijd als de novemberstormen weer wild te keer gaan en zo de laatste bladeren van de bomen blazen krijg ik de kriebels. Het is weer tijd om bomen te planten! Ik weet wel dat daar in mijn tuin helemaal geen plaats meer voor is maar toch, de kriebels blijven. Ook in mijn volkstuin staat inmiddels al zo veel dat het eerder tijd wordt om daar eens wat van uit te graven en cadeau te geven dan om er nog wat bij te zetten. Een aantal kastanjeboompjes, als kiemende kastanjes geplant, de laatste platanen van mijn platanenstekexperiment, drie jeugdige knotwilgen, zomaar om eens te proberen, een aantal eikjes, enkele meidoornzaailingen, een tiental taxussen die zich spontaan in mijn ‘thuistuin’ hadden gezaaid en verhuisd zijn naar de volkstuin, een ginkgo en ga nog maar even door. Twee lindes, zaailingen van zo’n vijftien jaar oud, zijn te groot om nog te verplanten. Ik heb ze al jaren niet meer rondgestoken, een manier om de wortelkluit te beperken en de haarwortelgroei hierin te bevorderen en ze zo beter verplantbaar houdt. Ze staan naast elkaar en worden nu omgevormd tot leilindes.

Maar het blijft kriebelen. Wat is er mooier dan het planten van een boom, je tuin te delen met een van de wildste, grootste, langstlevende en buitengewoonste wezens op deze aardbol? En dat hoeft dan echt geen vreemde exoot te zijn; esdoorn, beuk en eik zijn geweldig. Ik zag in Engeland oude eiken die zich ongeremd eeuwenlang hebben kunnen ontwikkelen, echt onbetaalbaar mooi. Als die bomen eens konden spreken.
Je moet een boom nooit te groot planten. Grootte is niet alles. Een van de charmes is juist dat je hem kunt zien groeien. Zolang je hem nog kunt tillen is hij nog niet te groot. Ik weet dat er mensen zijn die een tuin meteen ‘af’ willen hebben, meteen het eindresultaat willen zien, meteen volwassen bomen laten planten. Dat zijn dan meestal geen echte tuinmensen en die missen meer dan ze beseffen. De echte tuinman vindt dit saai. Juist de ontwikkeling, het ‘opgroeien’ is geweldig. Net als met kinderen. Daarvan zeg je toch ook niet, breng ze me maar als ze volwassen zijn.

Over hoe een boom geplant moet worden veranderen de denkwijzen regelmatig  Vroeger werd er een groot en diep gat gegraven waar onderin flink wat stalmest en compost werden verwerkt, boom in het gat en vervolgens werd het gat verder gevuld met een rijk mengsel van grond, compost en mest. Door het gat niet helemaal te vullen bleef het water goed bij de boom en zakte zo geleidelijk weg. Hiervan is men terug gekomen. Gebleken is dat bomen die op die manier worden geplant bij een storm als eerste omwaaien. Tegenwoordig wordt er een groot maar ondiep gat gegraven. Eén spade diep is diep genoeg. Als de grond op zich goed is wordt er geen extra stalmest en compost aan toegevoegd. De grond onderin wordt niet gespit, hooguit licht los gemaakt. Daarna wordt de boom zo geplant, dat hij op een licht ‘heuveltje’ staat en wordt hij bevestigd aan een paal die onder een hoek van 45 graden, tegen de meest gangbare wind is geplaatst. Bij de ‘oude’ methode hadden de wortels de neiging om zich alleen maar in de hoeveel goede grond te ontwikkelen, het bloempoteffect noem ik het altijd, terwijl nu de wortels meteen op verkenning gaan buiten de kluit. Gebleken is dat deze bomen niet alleen beter aanslaan maar ook nog eens veel beter bestand zijn tegen najaarsstormen.
Op klei of echte zandgrond is het natuurlijk een ander verhaal. Op zware klei zullen we moeten zorgen dat op een of andere manier het water goed weg kan. Een mengsel van compost, zand en grit helpt hierbij. Op zandgrond is juist het andersom. Daar moet een ruime gift compost ervoor zorgen dat het water niet meteen doorloopt.

Veel mensen krijgen het benauwd bij de gedachte om een boom in hun tuin te planten. Hun tuin is te klein of men heeft angst dat hij teveel schaduw gaat geven. De wortels kunnen de riolering beschadigen of in het ergste geval zien ze de boom al boven op hun huis storten. Toch vallen al deze zaken best wel mee en is er geen reden om zich zorgen over te maken. Een grote boom in een kleine tuin of heel veel kleine bomen in een grote tuin, het kan allemaal. Boom en tuin zijn twee handen op één buik; ze horen bij elkaar.
Als je na het lezen van dit ook de kriebels krijgt dan plant gewoon eens een boom. Voor elke tuin is er wel een die erin past. Je zult jarenlang versteld staan.

De cadeauboom van Natuurmonumenten wordt komende zaterdag geplant. De mogelijkheid bestaat om hem zelf te planten. Dit was zeker leuk geweest maar gezien de afstand, een kleine tweehonderd kilometer enkele reis, twee uur heen en twee uur terug, en dat voor één enkele boom, zie ik hier toch maar van af. Daarvoor kriebelt het dan weer nét niet genoeg.

   

  

De wildste, grootste, langstlevende en buitengewoonste wezens op deze aardbol….


Boven: mammoetboom, begraafplaats Tongerseweg Maastricht

Beneden links: moseiken landgoed Knighthayes, Devon, Engeland. Rechts: eeuwenoude olijfbomen in Toscane.

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE