30 oktober 2016

30 oktober 2016

De tuin van Margaretha.

Het is vrij onbekend maar het is een feit dat er heel wat tuinen zijn die door een vrouw bedacht en ontworpen zijn en waarbij een  vrouw ook nog eens de leiding had bij de aanleg en het onderhoud. Een van die tuinen is de tuin van Kasteel Amerongen, en een van die vrouwen is Margaretha Turnor. Doordat er een kleine vijfhonderd brieven bewaard zijn gebleven die ze aan haar man schreef, die vaak van huis was, weten we veel over het reilen en zeilen op zo’n landgoed uit de zeventiende eeuw. Een leuk detail: al deze brieven begonnen met ‘Mijn heer en liefste hartje'.

Het is een frisse maar zonnige oktoberdag wanneer we een van de fraaiste landgoederen van Utrecht bezoeken. Kasteel Amerongen. De lage zonnestand, de nevels en de beginnende herfstkleuren kondigen het naderende najaar aan. Officieel heet het kasteel Amerongen maar eigenlijk is het, na de herbouw in 1676, eerder een groot herenhuis te noemen.

De eerste vermeldingen gaan terug tot 1286. In 1641 – het kasteel is dan al twee generaties in bezit van familie van Reede – erft Goddard Adriaan van Reede het huis en breekt er een nieuwe tijd aan. Goddard Adriaan en zijn vrouw Margaretha Turnor, onthoud haar naam, verfraaien het huys. Goddard Adriaan is een diplomaat en vertegenwoordigt de Nederlanden in het buitenland. Hij is vaak vele maanden van huis en alles wat er op en om het kasteel gebeuren moet, rust op de schouders van Margaretha.
In 1673, een jaar na het rampjaar, moet ze vluchten. De Fransen steken
het kasteel in brand, kappen alle bomen in de boomgaard en de bijbehorende bossen. Waar zij al dertig jaar met zoveel zorg mee bezig was, is vernietigd. Met steun van de Staten Generaal begint ze bijna meteen aan de herbouw. Dit keer geen Middeleeuws kasteel meer maar een huis in Neoclassicistische stijl, een stijl die in was in die tijd. Het huis wordt gebouwd op de fundamenten van het middeleeuwse kasteel. Veel materialen worden hergebruikt, oude stenen afgebikt. De bouw duurt tot 1680 en bijna al die tijd regelt zij de werkzaamheden. In alle vroegte is ze elke morgen al op de werkplek om de werkzaamheden gade te slaan, vaak ‘vloekend en kijvend’, zoals ze zelf schrijft.  Over de bouwactiviteiten heeft ze regelmatig contact met haar man. Met de tuin valt ze hem niet lastig. Dat is haar passie. Het ontwerp en de uitvoering hiervan kan nagenoeg geheel aan haar worden toegeschreven.

Doordat het kasteel in de uiterwaarden van de Neder-Rijn ligt, was hoogwater een steeds terugkerend probleem. Ook voor de tuinen was dit een blijvende moeilijkheid. Een fraaie tuinaanleg in de uiterwaarden zou bij hoogwater direct verloren gaan. Ook latere bewoners lukt het niet een grootschalige tuin om het kasteel aan te leggen.

Na de oprijlaan komen we eerst op een bastion en vervolgens op het voorplein vanwaar we een prachtig zicht hebben op het kasteel. Twee beelden, Prudentia en Fortitudo, de deugden bedachtzaamheid en kracht, flankeren de trap naar de voordeur. Zij plaatste ze nadat de bouw uiteindelijk in 1680 gereed was. Na de rondleiding door het huis doen we een rondje tuin. Misschien is park een beter woord. De globale indeling is nog zoals hij destijds door Margaretha is ontworpen. Alleen de invulling is anders. Dit is duidelijk te zien als we de opmetingskaart uit 1683 bekijken. De siertuin aan de zuidzijde van het huis is er niet meer. Een enkele eik die geplant werd rond 1680, die dus al meer dan driehonderd jaar oud is, staat er wel nog. Hij maakte deel uit van een laan waarvan de rest bij een omvorming gekapt werd. We lopen verder en zien een opvallend buxuspatroon. Een graf, een paardengraf. Uranus, ooit het paard van Augusta Victoria, de vrouw van de Duitse keizer Wilhelm, ligt hier begraven. Geen buxusmot te bespeuren trouwens. Via de brug over het Grand Canal komen we bij de dierenbegraafplaats, het muziekprieel, en een tweede brug leidt ons naar de boventuin. Omstreeks 1900 worden hier door Hugo Poortman de rosaria ontworpen. Er is van alles te zien in dit gedeelte. Een fraaie loofgang van grillige oude beuken. Dames konden hier straffeloos verpozen zonder te kleuren. Een mooie bloementuin waar op dit moment vooral allerhande kleurslagen Dahlia’s de boventoon voeren. De orangerie herbergt geen citrus of olijf meer maar alleen af en toe een verliefd stel dat elkaar daar het jawoord geeft.

Natuurlijk is er ook een moestuin, net als in de tijd van Margaretha. Destijds bittere noodzaak. Kasteel Amerongen was selfsupporting. Groente en fruit kwamen uit eigen tuin. Er werden varkens gemest die voor eigen gebruik werden geslacht. Alles werd direct verwerkt: villen, uitbenen, roken, inzouten en worsten maken. Margaretha had de supervisie.
De noodzaak is verdwenen maar de tuin bleef. Dit jaar hebben ze het beplantingsplan van de historische moestuin aangepast. Naast hedendaagse en ouderwetse groenten is er ook ruimte ingepland voor bloemen. Bloemen zijn niet alleen mooi maar ze bevorderen ook de biodiversiteit. Ze trekken insecten aan die de bestuiving stimuleren. Ook houden ze bepaalde schadelijke insecten op afstand. Aaltjes bijvoorbeeld, hebben een gruwelijke hekel aan afrikaantjes. Je vindt er ook planten die eetbaar zijn, of drinkbaar als thee zoals de Rode Engelwortel en de Zilverwitte Alsem. Van deze laatste is ook een likeur te maken. Pyrethrum (oud plantengeslacht dat nu geclassificeerd is als Chrysanthemum of Tanacetum) werkt als insecticide, maar je vindt er ook Alsem die werkt tegen aardappelziekte (Phytophtora). Een moestuin was en is nog steeds bedoeld als nutstuin. Bloemen voegen hier nog schoonheid aan toe.

De tuin van Margaretha is, ook nu nog, meer dan de moeite waard.

 

Een impressie van huys en tuin

   

   

Hoogwater is nog steeds een terugkerend probleem. Margaretha schreef:
…het water heeft hier tot mijn overgroote ongemack meer als een halve voet in ons ordinaris eetkelder, keuken en voort gaelderije en de ganse kelders gestaen, in de bier en wijnkelder meer als vier voette, so dat men nergens aen kon koome als dat de knechts met laerse daer uijt haelde, ging der tot de knie door. In de keucke kost men niet koocken.


Een aantal jaren geleden stond het water nog een keer tot boven het blad van het tafeltje.

 

   

   

   

Afbeelding Kasteel Amerongen voor 1673, en Margaretha Turnor: Internet


 

 

 

 

 

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE