30 juni 2013

30 juni 2013

Weg met de chemie!

“Alles wat nu valt, valt niet meer tijdens onze vakantie” en “de meeste regen valt naast je”. Twee gezegden die het natte, en trouwens ook veel te koude begin van de zomer maar nauwelijks kunnen goedmaken. Als het even niet regent loop ik een rondje door de tuin. De aanhoudende regen doet de bloemen geen goed; ze krijgen nauwelijks kans om op te drogen. 

Het is morgen al juli. Buiten een paar tropische dagen vorige week die werden afgesloten met een fiks onweer blijft het te koud. De hagelstenen tijdens die bui richtten bij mij flinke schade aan: van enkele nicotiana’s , een soort die ik dit jaar voor de eerste keer heb gezaaid, was bijna niets meer over en er staat geen hosta meer zonder gaten. Gaten, daar heb ik geen slakken voor nodig. De gaten zijn uiteraard anders dan die gemaakt worden door slakken, het zijn meer scheuren. Ik heb dit jaar overigens nauwelijks schade door slakken. Toch lopen er allerhande soorten door de tuin; alle maten naaktslakken en diverse kleuren huisjesslakken. Huisjesslakken eten trouwens maar zelden jouw sappige hostabladeren op. Alleen de segrijnslak, een kleine variant van de wijngaardslak vormt op deze regel een uitzondering.

Van een andere veelvraat had ik wel wat last, de bladluis. Door het grote aanbod hemelwater zijn planten enorm gegroeid en het nieuwe groen is malser en sappiger dan ooit. Een rode roos naast Lauries voordeur werd heel erg belaagd door de groene beestjes. De hele plant glom alsof hij met een bladglansspray was behandeld. In mijn eigen tuin hielden de hongerige meesjes alles redelijk onder controle. Alleen de ‘marialinde’ produceert wat plak maar nog geen reden om in actie te komen. Het is bijna ondoenlijk om hier iets aan te doen. Een luizenplaag in een volwassen boom is vreselijk. Alles wat je eronder zet plakt al na enkele uren. Ze scheiden een zoetig vocht af (honingdauw). Spuiten is ondoenlijk. Het Aziatisch onze-lieve-heersbeestje bracht de oplossing, want luizen staan bovenaan op hun menukaart. De keerzijde van de medaille was dat dit diertje veel sterker bleek te zijn dan ons eigen onze-lieve-heersbeestje en de hele markt overnam. Komt je dat niet bekend voor….

Tegen luis op kleine schaal zijn al jarenlang milieuvriendelijke oplossingen. Wie kent niet de spiritus-met-groene-zeep-methode. Of de brandnetelgier: een emmer vullen met brandnetels, vullen met water, een week laten staan, zeven, verdunnen en vervolgens het stinkend goedje in een spuit vernevelen over de planten. Luis houdt niet van zo’n douche en vertrekt. Alleen zul je deze methode regelmatig moeten herhalen, maar het werkt.

Op Lauries roos experimenteerde ik met iets nieuws. Ik had nog een halve doos met tabakstengels die ik gekocht had voor de bestrijding van de bloedluis bij de kippen verleden jaar. Ik kookte hiervan een flinke bos. Na een half uur zeefde ik de stinkende koffiekleurige vloeistof en verdunde hem tien keer. Met de hogedrukspuit benevelde ik meerdere keren de roos en, met succes! Ik zal dit preventief nog enkele malen herhalen.

Er zijn bepaalde geuren waar insecten een hekel aan hebben. Zo worden al sinds jaar en dag in een groentetuin worteltjes en uien om en om gezet. De wortelvlieg houdt niet van de geur van uien en, je raadt het al, de uienvlieg niet van die van worteltjes. De tabakstengels hebben vorig jaar goed geholpen bij de bestrijding van de bloedluis bij de kippen. Ook dit jaar ligt er weer een flink pak onder het stro in het kippennest want zij houden weer niet van de geur van nicotine. Waar die bloedluis ook een bloedhekel aan heeft is de geur van knoflook. Dus voeg ik een knoflookpreparaat aan hun drinkwater toe. Dit wordt opgenomen in hun bloedbaan hetgeen het bloed minder aantrekkelijk maakt voor de bloedluis.

Knoflook wordt tegenwoordig ook gebruikt bij de bestrijding van bladluis in grote bomen. Onder grote druk wordt een knoflookpreparaat tussen de wortels van de boom gespoten. De boom neemt de knoflook vervolgens op in zijn sapstroom en de luis verdwijnt nagenoeg 100%!

Ik wil nog even terugkomen op de slakken. Het blijkt dat deze ook niet echt gek zijn op knoflook. Een escargootje met een knoflooksausje mag dan wel heerlijk zijn maar bij leven moest dit beestje er niets van hebben. Het volgende recept zou zeer effectief zijn bij de bestrijding. Men neme drie hele knoflookbollen. Door er even op te gaan staan worden de buitenkanten gekneusd.  Deze drie bollen worden 10 minuten in een liter water gekookt. Vervolgens wordt de vloeistof gezeefd. Vier lepels worden toegevoegd aan een liter water en deze ‘knoflookdrank’ wordt over de planten verneveld. Ook zo neemt de plant de knoflook op in zijn sapstroom. Ook deze methode dient uiteraard, net zoals de brandnetelgier, om de drie weken te worden herhaald.

Dus als je een probleem heb met insecten, slakken of misschien nog wel andere plaagdieren, probeer het eens met knoflook of een ander alternatief middel. Het is milieuvriendelijk en effectiever dan je denkt. Weg met de chemie!

     

     

De aanhoudende regen doet de bloemen geen goed; ze krijgen nauwelijks kans om op te drogen. Van links naar rechts: Monnikskap, bloeiende olijf, Ridderspoor. Beneden: Euphorbia ‘Diamond Frost’, Geranium ‘Rozanne’ en de Rosa ‘Guirlande d’Amour’

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE