2 december 2012

2 december 2012

Een naam om te onthouden.

Langzaamaan wordt het wat kouder. Overdag iets boven, ’s nachts iets onder nul. Gisteravond werden we verrast door de eerste sneeuwvlokken en even was de wereld wit. De laatste vorstgevoelige planten heb ik afgelopen dagen naar binnen gezet. Ook de schijvencactus hoeft deze winter zijn antivries niet te gebruiken. De moederplant overleefde de koude februari niet maar voor de kou-inval had ik enkele stekken genomen. Overdag iets boven, ’s nachts iets onder nul. Dat was twee jaar geleden wel even anders. Toen hadden we een ijsdag met een maximum temperatuur van – 6 graden en de wind uit het oost-noord-oosten gaf je het gevoel dat het – 12 graden was.

De tuin is ook grotendeels in winterrust. De bisschopsmuts is geoogst, de monnikskap staat er dor bij. De kardinaalsmuts is kaal terwijl de heiligenbloem minder problemen heeft met de kou en zijn blad nog steeds heeft. Er is ook een echte heilige die net als de heiligenbloem geen problemen heeft met de kou. Weer of geen weer, regen of sneeuw, al honderden jaren berijdt hij op zijn paard de daken, vergezeld van een onbekend aantal zwarte helpers in kleurige bedrijfskleding. Op sinterklaasavond, 5 december, gaat hij bij alle kinderen langs en verwent ze met allerhande snoep en speelgoed. Van Poepie Knor, een eenvoudig bordspel tot de allernieuwste Xbox 360, sinterklaas heeft alles meegesleept vanuit Spanje. Wij vonden onze cadeautjes, die destijds veel eenvoudiger waren dan de hedendaagse geschenken, meestal pas op de ochtend van 6 december in de rieten wasmand die al weken zoek was. In België schijnt ‘pakjesochtend’ trouwens heel gebruikelijk  te zijn.

Nicolaas van Myra werd geboren in het jaar 280. Hij werd vernoemd naar zijn oom, die bisschop was in een plaatsje iets verderop. Zijn ouders waren heel religieus en de appel valt ook hier niet ver van de boom. Dat hij vanaf zijn doop héél bijzonder was blijkt uit de wonderen op zeer jonge leeftijd: vanaf zijn geboorte kon hij, met zijn handen naar de hemel reikend, rechtop in zijn badje staan alsof hij God wilde danken. Op vastendagen, woensdag en vrijdag, wilde hij niet van zijn moeders borst drinken. Zo’n verhaal hoor je tegenwoordig niet meer op een kraamborrel, toch?
Op 19-jarige leeftijd werd hij tot priester gewijd en een aantal jaren later volgde hij zijn oom op als bisschop van Myra. Er doen diverse verhalen de ronde over de goede dingen die Nicolaas gedaan heeft. Drie kinderen die buiten speelden en verdwaalden werden door een slager zijn huis in gelokt en gevangen. Ze werden gedood en in stukken gehakt, gezouten en in een ton bewaard, klaar om te worden verkocht. Sint Nicolaas hoorde hiervan en ging een kijkje nemen. Hij riep tot God die de kinderen herstelde en ze weer tot leven wekte.  Waarschijnlijk werd hij vanaf dat moment gezien als de grote kindervriend.

Tijden veranderen. Nu bijna ondenkbaar maar vroeger heel gebruikelijk was het, dat als een meisje trouwde ze een bruidsschat, een geldbedrag, van haar vader mee kreeg. Hoe meer geld, hoe ‘beter’ de echtgenoot. Zonder bruidsschat zou ze waarschijnlijk nooit trouwen. Een verhaal vertelt van een arme vader met drie dochters. Omdat hij ze niets mee kan geven is de kans op een echtgenoot bijna nihil. De heilige Nicolaas komt dit ter ore en op drie verschillende gelegenheden wordt er een buidel met goudstukken door een open raam naar binnen gegooid die toevallig belanden in de schoenen die voor de open haard stonden te drogen. Alweer een raadsel omtrent Sint Nicolaas opgelost. (Foto hierboven: Als het paard van sinterklaas een rustdag heeft.....)
 
Maar hoe zit het nu eigenlijk met die roe en die zak van sinterklaas? Eeuwenlang werd er geen onderscheid gemaakt, tenminste niet tussen lieve en stoute kinderen. Dit veranderde medio achttienhonderd toen Jan Schenkman het boekje ‘Sint Nicolaas en zijn knecht’ schreef waarop het huidige sinterklaasfeest gebaseerd is. Jan Schenkman was leerkracht en had toen misschien al problemen met orde in zijn klas? Sinterklaas werd ingezet. Als je ‘lief’ was kreeg je lekkers maar kinderen die ‘stout’ waren kregen een pak slaag. In het ergste geval werden ze zelfs in een zak mee genomen naar Spanje waar ze vermalen werden tot pepernoten. Gelukkig zijn de kinderen nu allemaal een heel stuk liever dan honderd jaar geleden en kent bijna geen kind deze donkere kant van sinterklaas nog. (Wil je het originele boekje, het exemplaar uit de Koninklijke Bibliotheek, eens doorbladeren, klik dan op het plaatje hiernaast)


De verhalen die omtrent sinterklaas de ronde doen kenden jullie misschien al, en ook van de ‘heilige hoeden’ bisschopsmuts, monnikskap en de kardinaalsmuts hadden jullie misschien al eens gehoord. Maar wisten jullie dat er ook een plantje is vernoemd naar het hoofddeksel van de goedheiligman? In het midden van de vorige eeuw viel Huib de Miranda de gelijkenis op tussen een klein gebladerd levermosje met de bijna onuitspreekbare naam Lophocolea bidentata en de mijter van de sint en gaf het de naam Zijdelings Platgeslagen Sinterklaasmutsmos. Wat zit de plantenwereld toch vol met prachtige plantennamen!

   

Van links naar rechts Afbeelding Gerard David (1460 – 1523)( afb. internet), beeld van de Heilige Nicolaas in de Abdijkerk Thorn, vaak wordt Sint Nicolaas afgebeeld met de drie kinderen die door hem gered werden. Helemaal rechts een oud kaartje

Zijdelings Platgeslagen Sinterklaasmutsmos (Afbeelding internet) 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE