22 november 2009 

22 november 2009

Rest me alleen nog……

 

Het zit er weer bijna op, al het jaarlijkse snoeiwerk. Dit is een must in een klein tuintje zoals dat van mij, zeker wanneer het veel te vol geplant is. Dertig jaar geleden was het een kaal stukje grond en dacht ik, daar kan best wel wat in. Dus, planten, planten, planten maar. De fout waar ik nu menigeen op wijs maakte ik toen zelf. Want kleine boompjes worden groot, veel te groot. Toch kan ik er geen afscheid van nemen en blijven ze dus allemaal staan. Drie platanen, een rode beuk, een berk, een prieelberk en vier lindes. Verder nog een Thujopsis (soort conifeer) en een paar seringen, maar die beschouw ik niet als echte bomen. Met uitzondering van de beuk en de berken worden de bomen al jaren jaarlijks terug gesnoeid tot de knot-, lei- of dakvorm die ik ervan heb gemaakt en zo is het goed te doen. Toch wordt het met het verstrijken van de jaren elk jaar een pittigere klus.

 

Snoeien. De meest gestelde vraag in tuinprogramma’s is wel over snoeien. Hoe moet ik dit snoeien en wanneer. En waarom moet hij eigenlijk gesnoeid worden. Allemaal vragen waarop vaak moeilijk antwoord te geven is. Een boom hoeft namelijk van nature niet te worden gesnoeid. Er waren al bomen voordat Adam en Eva in het paradijs rondliepen. Deze bomen werden ook niet gesnoeid. Dat wij dit nu wel doen is alleen uit eigenbelang.

 

Ik vergelijk het wel eens met de mens. Duizenden jaren geleden, toen de medische wetenschap nog niet bestond, leefden er ook mensen. Alleen de gemiddelde leeftijd lag toen tientallen jaren lager dan nu. Aan het begin van onze jaartelling was dat rond de 20. Werd je ziek, en was er voor die kwaal nog geen genezing ‘uitgevonden’ dan was het over en sluiten. De enige hoop die je dan had was reïncarnatie, nog een keer opnieuw beginnen, als mens  maar dat kon dan ook als kat zijn. Goed voorbeeld hiervan is Oscar, hoewel ik er nog steeds niet achter ben wie hij geweest is. Er waren natuurlijk ook wel mensen die stokoud werden maar dat waren uitzonderingen. Geneeskunde zorgt nu niet alleen dat we langer leven maar ook dat we in een betere conditie blijven gedurende dat langere leven.

 

Zo kun je dat ook een beetje zien in de plantenwereld. Bomen en struiken moeten regelmatig worden gesnoeid om ze in een betere conditie te houden. En dan natuurlijk met name in onze tuinen en parken want in de vrije natuur, in bossen gebeurt dit juist minder. Daar laat men alles steeds meer aan zijn lot over. Het keurig ‘opgeruimde’ bos is al lang verleden tijd. Maar waarom moet het dan wel in onze tuin? In de natuur zoekt een plant een plekje waar hij het naar zijn zin heeft en de ruimte heeft om zich goed te kunnen ontwikkelen. In onze tuin heeft hij die keus niet. Wij bepalen! En dan zetten we ze vaak veel te dicht bij elkaar. Zeker in een nieuw aangelegde tuin wordt alles vaak heel ‘knus’ dicht bij elkaar gezet, dichter dan verantwoord is. Na een aantal jaren is er maar een oplossing: rigoureus ‘snoeien’, en het resultaat laat zich raden. Het is beter om van tevoren te bekijken hoe groot een boom of struik wordt en eventueel op zoek te gaan naar iets kleiners, want er is keus genoeg.

 

Er zijn verschillende redenen, buiten het vrijmaken van een pad van je voordeur tot de straat, waarom men de snoeischaar ter hand neemt. Ik noem er enkele. Correctiesnoei om de natuurlijke vorm te herstellen; verwijderen van dood en ziek hout om de veiligheid te garanderen; het open houden van de kroon bij fruitbomen, zodat de appeltjes beter kunnen rijpen. Terugsnoeien, het zogenaamde verjongen, van heesters om ze in toom te houden en ze weer een jonge uitstraling te geven. Maar de bekendste en meest geziene snoeivorm is misschien toch wel de vormsnoei: hagen, leibomen, bolbomen, topiary.

 

In mijn eigen tuin snoei ik om het volume in bedwang te houden en dat lukt goed. Waar ik het meest tegenop zie, en elk jaar meer, is het snoeien van de grote plataan rechts achter in de tuin. En dat gebeurt toch al zo’n 25 jaar. Zette ik vroeger een klein laddertje tegen de boom en klom er dan, gewapend met snoeischaar, tot aan de top in, tegenwoordig, of eigenlijk al een aantal jaren, gebruik ik hiervoor een lange ladder. Bovendien moet het absoluut windstil zijn en droog. Ik neem geen enkel risico meer. Met een goede snoeischaar en een scherpe boomzaag ga ik hem dan weer te lijf en kan ik na een uur of twee zeggen, klus geklaard.

Rest me alleen nog…..alles opruimen.

 

     

1.                                                         2.                                                          3.

1. Tegenwoordig gebruik ik hiervoor een lange ladder.

2. Snoeikunst ten top! (Huys de Dohm) 

3. 22 november 2008, vandaag precies een jaar geleden.

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE