Driehonderd jaar.
We waren er ook ooit een keer. Paleis het Loo in Apeldoorn. Afgelopen koninginnedag nog in het nieuws. In dit paleis bracht prinses Juliana, die op die dag honderd geworden zou zijn, een groot deel van haar jeugd door. Een gelukkige jeugd. Ze was het enige kind van koningin Wilhelmina en prins Hendrik. Ze werd er niet geboren, maar in Den Haag.
Ter gelegenheid van haar 100ste geboortedag zou er voor een keer nogmaals een defilé worden gehouden, dé manier waarop zij altijd haar verjaardag vierde, waarbij diverse verenigingen hun plaatselijke volkslied ten gehore zouden brengen en hun lokale kruidkoek aan het koningshuis zouden aanbieden. Een mislukte aanslag op het koninklijk huis, waarbij doden en gewonden vielen, maakte aan deze koninginnedagactiviteiten abrupt een einde.
Het is alweer heel wat jaartjes geleden, maar we waren er ook ooit een keer. Het tijdstip van de dag was destijds een beetje ongunstig gekozen, halverwege de middag. Aan de late kant, dus we hadden eigenlijk te weinig tijd om alles, zowel het paleis als de tuinen te bezichtigen en daarom splitsten we ons op. Lily en Laurie liepen door koninklijke eetzalen, bibliotheek, slaapvertrekken en noem maar op terwijl Tess en ik de nauwgezet gereconstrueerde baroktuin ontdekten. De tuinen van dit paleis hebben door de eeuwen heen meerdere metamorfoses ondergaan.
Dit paleis was trouwens niet het eerste ‘Het Loo’.Niet ver van het huidige paleis stond begin 15de eeuw een boerenhoeve die door Gerrit van Rijswijk al werd verbouwd tot een versterkte woning. In 1502 werd ene Johan Bentinck eigenaar van Het Loo, zoals dit kasteel genoemd werd. Via verschillende geslachten kwam het in
Toen Tess en ik langs de koningsfontein, door de koningstuin en onder de berceaus van de koninginnetuin doorliepen beseften we niet dat Willem III, Prins van Oranje, stadhouder van Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland en Overijssel, koning van Engeland, Schotland en Ierland en koning van Frankrijk, en zijn echtgenote Maria Stuart II over deze zelfde paden gewandeld hebben. Genietend van de bloemenpracht, gezellig keuvelend, net zoals wij twee. Maar dan wel zo’n 300 jaar eerder.